Johann Heinrich Alsted (1558-1638) werd geboren in Herborn, in het graafschap Nassau. Hij studeerde aan de universiteiten van Marburg en Basel, om rond 1608 terug te keren naar Herborn. Daar krijgt hij een anstelling als hoogleraar in de filosofie en theologie.
Tijdens de 30-jarige Oorlog heeft Nassau zwaar te leiden, en Alsted ziet zich genoodzaakt Herborn op te geven. Hij vertrekt naar het recent tot het calvinisme overgegane Transsylvanië. Hij krijgt daar een aanstelling aan de universiteit van Weissenburg. Hoewel Transsylvanie dan tot Hongarije behoort (en sinds de Tweede Wereldoorlog tot Roemenië) is er een sterke aanwezigheid van Duitsers die een bevoorrechte culturele en intellectuele positie hebben.
Alsted is een vruchtbaar auteur, maar het bekendst is hij geworden door zijn in 1630 verschenen Encyclopaedia Septem Tomis Distincta.
Dit werk wordt wel beschouwd als het belangrijkste encyclopedisch werk van de barok. Het bracht Alsted in elk geval roem en een aantal talentvolle leerlingen. Hiervan is de pedagoog Comenius de bekendste.
Alsted streefde in de opzet van het werk naar een strikt logische samenhang. Het eerste deel van het werk bestaat ook uit een aantal tabellen waarin volgens logische regels de gehele inhoud in een binaire boom wordt weergegeven. Deze structuur komt overeen met wat wij tegenwoordig een ‘beslisboom’noemen.
In het toepasssen van deze nieuwe vorm van logica volgde hij Petrus Ramus. Deze ontwikkelde een aanpak die er op gericht was het universitair curriculum praktischer te maken. Traditioneel was dit gericht op memoria: het leren van regels. Door wat geleerd wordt te onderwerpen aan een systematische (logische) analyse probeerde Ramus leren een meer natuurlijk proces te maken. Het is geen toeval dat Alsted werd beïnvloed door het werk van Ramus: de universiteit van Herborn omarmde al vroeg deze aanpak om tot een praktischer curriculum te komen.
De overzichtsstructuur (dispositio) waarmee Alsted zijn werk opent laat zien hoe alle onderdelen samenhangen,waar geen onderdeel overbodig is en waar geen onderwerp kan worden gemist. Met het opnemen van deze structuur had Alsted een duidelijk (pedagogisch) doel voor ogen: een hulp voor hen die de encyclopedie wilden bestuderen. In tegenstelling tot wat later onder een encyclopedie werd verstaan was dit niet bedoeld als naslagwerk, maar als leerboek. Wie zich waarlijk wetenschapper wilde noemen, diende de inhoud van dit werk te kennen.
De populariteit van deze aanpak hing nauw samen met de ontwikkeling van de boekdrukkunst. Wij zijn inmiddels wel gewend dat boeken visuele repesentaties (schema’s, diagrammen, tabellen) bevatten. Maar in de tijd van Alsted was dat nieuw.